Translate

dinsdag 5 maart 2013

Pendragon II

Afgelopen zaterdag was het weer zover, de tweede aflevering van het Pendragon rollenspel. Vorige maand zijn we voor het eerst bijeengekomen om echt te spelen, en dat ging heel goed. Maar nu kent iedereen zijn karakters en is het tijd voor meer intrige en meer strijd!

Geschiedenis tot nu toe
Bledri van Winterbourne Gunnet
Bradwen de Moedige
Eliot van Burcombe
Gilmere van Tisbury
Grigor de Geweldenaar
Marcus Livius van Broughton


30 april 485 Anno Domini, Leicester, Logres

De jongemannen zijn net tot ridder geslagen en hebben een dag van feesten achter de rug. Maar vandaag dienen zich al de eerste taken aan voor de kersverse ridders. Zo zullen zij nu allemaal een schildknaap moeten hebben. Deze jonge jongens willen later ook ridder kunnen worden en gaan daarvoor in de leer bij een oudere en (hopelijk) wijzere ridder. Zij helpen hem met het aan- en uitdoen van zijn harnas, verzorgen zijn paard, zijn wapens en zijn garderobe. Ook kunnen zij om een kleine boodschap gestuurd worden.
Sir Bledri en Sir Eliot zijn beiden heidense ridders en zij willen dat hun jongere broertjes zo veel mogelijk worden opgevoed in dat geloof. Vandaar dat zij besluiten om elk een broer van de ander tot schildknaap te nemen. De jonge Bellias van Winterbourne Gunnet wordt de schildknaap van Sir Eliot en de jonge Ebel van Burcombe wordt de schildknaap van Sir Bledri.
Sir Gilmere en Sir Bradwen zijn beiden christelijke ridders en zij hebben dezelfde overwegingen ten aanzien van hun jongere broers. Zij besluiten ook elk een jongere broer van de ander tot schildknaap te nemen. Perin van Tisbury wordt de schildknaap van Sir Bradwen en Bavo van Steeple Langforth wordt de schildknaap van Sir Gilmere.

Sir Ignaeus Livius van Broughton
Sir Grigor de Geweldenaar
Sir Eliot van Burcombe

Sir Grigor is een christelijke ridder en hij besluit om Elias van Burcombe, de jongere broer van Sir Eliot onder zijn hoede te nemen, het is de vraag wie wie zal bekeren. Sir Marcus Livius neemt de jonge Garnish van Berwick St. James aan als schildknaap.

Die avond is het Mei-avond, een belangrijk moment voor de aanhangers van het oude, heidense geloof. De zomer begint en het is belangrijk om vruchtbaarheid voor het komende groei-seizoen af te smeken bij de goden. Anders kan het gebeuren dat iedereen honger lijdt in de komende winter. Hiervoor worden in de avond grote vuren ontstoken, waar de kudden vee door heen gedreven worden, om hen te zuiveren van kwade invloeden. Ook laten de gelovigen uitbundig zien, hoe belangrijk zij vruchtbaarheid vinden, door het zelf zoveel mogelijk na te streven.
Sir Bledri en Sir Eliot zijn heidens en hoewel niet heel erg gelovig of deskundig in de leer (religion fail), willen zij toch meedoen aan dit feest. Aan het einde van de dag volgen zij de melkmeisjes, dienstbodes en staljongens uit Leicester naar een nabij-gelegen heuveltop, waar twee grootse vuren al branden en het vee al klaarstaat om gezuiverd te worden. Druïden en priesteressen staan al klaar om vee en volk te zegenen voor het komende jaar, een os draait al aan het spit en vaten bier staan ook al klaar.
Na het opdrijven van het vee, barst het feest los. Er is opzwepende muziek, flakkerend vuur, bier en mooie meisjes. Sir Eliot en Sir Bledri storten zich in het feestgewoel en proberen indruk te maken op mooie meisjes.
Sir Eliot weet al snel aan te haken bij een mooi meisje, Clara (flirting succes), maar wanneer hij haar meeneemt naar een stil plekje om haar te laten zien wat een goede ridder allemaal met zijn zwaard kan doen, maakt hij heel weinig indruk (lustful fail). Lachend rent Clara weg, om er met een stoere, breedgeschouderde smid vandoor te gaan. Eliot probeert haar nog terug te halen, maar dat valt niet goed bij het meisje en haar nieuwe minnaar (flirting fail). Eliot geeft het op en probeert het aan te leggen met een ander meisje, Anna, zij is wel onder de indruk van wat een ridder met zijn zwaard kan.
Sir Bledri heeft echt het gevoel dat de krachten van de goden door zijn aderen stromen op deze avond en hij weet flinke indruk te maken op twee meisjes, Marie en Bea (flirting critical succes). Wanneer hij hen in de dichtsbijzijnde hooiberg probeert uit te leggen hoe een goed ridder zijn speer weet te gebruiken, zijn zij gepast onder de indruk (2x lustful succes). De volgende morgen maakt Bledri weer indruk op Marie, maar minder op Bea (lustful succes en fail). Hij besluit wel om op te staan en zich weer bij zijn heer in Leicester te voegen (energetic succes).

1 mei 485 A.D.

Koning Uther beraadslaagt de hele dag met zijn collega-koningen en vazallen om een manier te vinden om een nieuw invasie van de Saksen in Sussex het hoofd te kunnen bieden. Het valt de ridders op dat Hertog Gorlois van Cornwall niet aanwezig is, dat is gek, want Cornwall is een van de grootste zelfstandige rijken naast dat van Logres. Maar er doen ook geruchten de ronde dat de Ieren aanvallen doen op de landen van Cornwall.
Later die dag komt Koning Uther met een proclamatie. Hij en zijn collega-koningen en vazallen zullen optrekken tegen de Saksen in Sussex, vanuit Sarum. Iedereen die hier aanwezig is moet begin juni in Sarum aanwezig zijn om strijd te kunnen leveren tegen de Saksen.

Sir Roderick komt na deze proclamatie meteen naar zijn ridders toe. Het kamp moet nu opgebroken worden! Iedereen moet onmiddellijk terug naar Sarum, om die plaats voor te bereiden op de komst van een leger. De ridders laten hun vrouwen achter onder de hoede van Koning Uther, die met zijn gevolg in een trager tempo zal volgen, terwijl de ridder samen met Sir Roderick zeer snel over de romeinse weg terugreist naar Sarum.
In Sarum laat Sir Bradwen weer zien waar hij goed in is. Hij organiseert Sarum voor de komst van de legermacht. Keuterboertjes worden van het land verjaagd. De weilanden worden ingericht met latrines en plaatsen voor de paarden, om voorbereid te zijn op de legermacht (stewardship succes).
Volgens plan komen de verschillende vazallen en medestanders van Koning Uther in juni aan in Sarum. Gelukkig is alles gereed voor hun komst. Gorlois Duke van Cornwall komt ook hier niet opdagen. De invallen van de Ieren in Cornwall moeten vreselijk zijn.

Sir Amig

Sir Roderick deelt de jonge ridders in bij de gevechtseenheid van Sir Amig. Deze oude ridder heeft de jongemannen opgeleid en getraind. Zij kennen elkaar en weten wat ze van elkaar kunnen verwachten. Onder leiding van Sir Amig trekken de jonge ridders, samen met de rest van Koning Uther's legermacht op naar Mearcred Creek, op de grens van Logres en Sussex. Daar zullen zij een leger van Saksen tegemoet treden en ongetwijfeld de overwinning behalen.
Sir Bledri en Sir Eliot willen graag de overwinning behalen en overladen met eer en glorie terug naar huis keren. Sir Bledri en Sir Bradwen proberen hun eenheid moet in te praten door toespraken voor hun collega's te houden. Zijzelf raken hierdoor en door hun haat voor de Saksen geinspireerd (Passion: Hate saxons), maar Eliot raakt juist moedeloos van alweer een gevecht tegen de Saksen (fail passion: Hate saxons), zal er ooit een einde aan komen?

Ronde 1:
Wanneer iedereen zich in slagorde heeft opgesteld, gaat het daarna ineens snel. Onder leiding van Sir Amig stormen de jonge ridders te paard op hun vijanden af. Het zijn enorme, met bijlen bewapende Saksische Hearthgeneats, de elite strijders van de gehate Saksen. Maar zij zijn geen partij voor de stoere ridders met hun javelijnen. Links en rechts gaan de duivelse Saksen neer.

Ronde 2:
Sir Amig blijft niet wachten om te zien hoeveel Saksen er gedood zijn. Hij rijdt verder naar de volgende groep Saksen, Ceorls dit keer. Ook zij gaan neer onder de zwaarden van de jonge ridders. Deze mannen zijn duidelijk geen echte strijders, maar alleen jonge mannen die een bijl in handen hebben gekregen.

Ronde 3:
Daarna wordt het moeilijker. De ridders komen een groep Heorthgeneats tegen die hun zware speren hebben meegenomen. Zij werpen deze niet, maar plaatsen ze in de grond. Sir Bledri en Sir Grigor begrijpen niet snel genoeg wat dit betekent en hebben hun rijdier niet onder controle (fail horsemanship). Hun dappere rossen spietsen zich op deze zware speren en sterven een gruwelijke dood. Bledri en Grigor kunnen zich gelukkig van hun rossen werpen, voor ook zij ten onder gaan. Maar dan zijn zij hun paarden kwijt en bevinden zij zich in een penibele positie ten op zichte van de heorthgeneats. Sir Amig leidt de rest van zijn troepen in gevecht door deze groep heorthgeneats, hierbij wordt Sir Eliot goed hard geraakt en wordt van zijn paard geworpen. 
Sir Amig rijdt met zijn overgebleven manschappen verder naar de volgende uitdaging. Maar Bradwen kan het niet over zijn hart verkrijgen om zijn companen in zo een gevaarlijke situatie achter te laten en hij gaat tegen de orders van de door zijn heer aangestelde commandant in (fail Passion: loyalty lord). Hij blijft achter en beschermt hen. En dat is hard nodig, de overgebleven heorthgeneats storten zich onmiddellijk op de gewonde en verdwaasde ridders. Eliot krijgt nog meer klappen te verwerken, nadat hij eerst van zijn paard is geworpen. Bledri weet een smerige Sakse een ferme houw met zijn zwaard te verkopen en in een keer te doden.
 
Ronde 4:
Intussen heeft Sir Amig zich met de resterende ridders gestort op een nieuwe troep heorthgeneats, deze zijn te paard en bedienen zich van grote bijlen. Met een daarvan wordt Sir Marcus bewusteloos uit zijn zadel geslagen. Zwaargewond blijft hij op de grond liggen, terwijl het gevecht om hem heen raast.
Terwijl Eliot zijn paard probeert te vangen, brengen schildknapen Ebel en Elias verse paarden naar hun ridders Bledri en Grigor (daar heb je die schildknaapjes tenslotte voor). Deze paarden zijn duidelijk van mindere kwaliteit dan hun vorige paarden, maar het moet maar zo.

Nu het gevecht grotendeels voorbij is, en de Saksen zich terugtrekken, zakt Eliot weg in en depressie. Bledri probeert hem daaruit te halen door tegen hem te praten. Het is nog steeds een gevaarlijke situatie. Maar Eliot wordt woedend en trekt een dolk om Bledri mee te lijf te kunnen gaan (allemaal het gevolg van de fail passion). Eliot blijft vechten met Bledri, totdat zowel Bradwen als Bledri hun vriend Eliot tegen de grond werken. Eliot vindt dit allemaal hoogst onrechtvaardig (fail Just).

Late zomer, Old Sarum
Wanneer later die zomer iedereen zich weer teruggetrokken heeft in Sarum en men druk is om te genezen van deze avonturen, valt het Eliot en Marcus op dat Koning Uther wel heel veel overlegt met Sir Roderick. Zij denken dat hij Hoge Koning wil worden. Daarmee kan hij een groter beroep doen op de andere koningen in de Britse eilanden. Maar daartoe moet hij wel verkozen worden (succes intrigue). Bledri begrijpt er weinig van een geeft de koning van de elfen de schuld van het falen van deze campagne (fumble intrigue).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten