We proberen de Great Pendragon Campagne te volgen, maar ik denk dat ik die nu voorlopig even opzij moet leggen. De groep van zes ridders is druk bezig om af te wijken van wat er in het boek staat (Prins Madoc is nog steeds niet dood!) en ik ben ook niet echt blij met de manier waar op de schrijver het Arthurverhaal vormgeeft. Dus ik wil ook afwijken. En deels vasthouden aan de campagne en het deels loslaten werkt ook niet, dus ik heb besloten om het maar even opzij te leggen.
Geschiedenis tot nu toe
Bavo de Stoute
Bellias van Winterbourne Gunnet
Caulas van Tisbury
Eliot van Burcombe
Gerhardt van Berwick St James
Ignaeus Livius van Broughton (afwezig)
Maart 494, Sarum, Salisbury
De ridders Caulas en Eliot beschikken over een aardig inkomen, dankzij hun huwelijken met rijke vrouwen. Zij willen hun geld inzetten om hun eigen positie te versterken en hopelijk ook Salisbury. Vorig jaar nog hebben zij opdracht gegeven om hun landgoed te versterken tot een modern Motte en Bailey kasteel. Dat willen zij eigenlijk ook met al hun andere landgoederen doen. Maar Sir Caulas besluit ook om te investeren in een groepje toneelspelers en artiesten, die in heel Logres en Brittanniƫ rondreizen. Zo kan hij op de hoogte blijven van alle laatste nieuwtjes. Sir Eliot beseft dat hij zijn middelen ook in kan zetten om zijn religie mee aandacht te geven (deze wickerman wordt u gebracht door Sir Eliot van Burcombe en de Druiden van Salisbury).
Sir Roderick roept zijn trouwste ridders weer bijeen. Hij heeft van Koning Uther de opdracht gekregen om een missie samen te stellen voor Prins Madoc. Prins Madoc zal naar Malahaut reizen met het tribuut, vorig jaar gevraagd van de Centurion Koning. In Eburacum zal Prins Madoc laten doorschemeren dat hij zich afscheidt van zijn vader en zelf koning wil worden over Logres, als vazal van de Centurion Koning. Sir Roderick wil graag dat de ridders zich bij Prins Madoc voegen en hem begeleiden naar Eburacum en hem daar beschermen. Koning Uther zal dan later met zijn leger optrekken naar Malahaut om de Centurion Koning een lesje te leren. Prins Madoc en zijn gevolg kunnen dan Eburacum van binnenuit aanvallen.
De ridders stemmen hiermee in en bereiden zich voor op hun tocht naar Malahaut (Dit levert hen allen een deceitful check op).
April, Eburacum
Wapen van Heraut de Apres, de Centurion Koning, Koning van Malahaut. |
Na enige tijd reizen komt de groep van Prins Madoc aan in Eburacum. Het gevolg van de Prins bestaat uit de ridders uit Salisbury, nog 10 andere ridders uit verschillende delen van Logres, hun schildknapen en bedienden en nog een aantal mannen die de karren met het tribuut voor de Centurion Koning mennen en de ossen verzorgen. Al met al zijn er ongeveer 40 mannen en hun paarden op weg. Onderweg willen Sir Bavo en Sir Caulas hun verhalen afstemmen. Ze besluiten dat ze in alle gevallen het voorbeeld van Sir Madoc moeten volgen, om niet door te mand te vallen. Het verhaal is dat Prins Madoc met de geboorte van de legitieme Arthur is onterfd en niet langer de opvolger van zijn vader is. Hij wil nog steeds de macht over Logres en eventueel met steun van de Koning van Malahaut het land houden. Prins Madoc doet voorkomen dat hij vindt dat zijn vader zich gediskwalificeerd heeft als koning, door de afgelopen jaren strijd te leveren tegen zijn eigen Hertogen, zijn taken als beschermer van het Rijk te verwaarlozen door zich te verliezen in zijn mooie, gestolen vrouw Ygrainne. Tijdens het afstemmen van dit verhaal wordt het de ridders Eliot, Grigor, Caulas en Bavo duidelijk dat Prins Madoc zich werkelijk zorgen maakt over de beslissingen die zijn vader de laatste jaren genomen heeft.
Madoc, Prins van Logres |
Onder de banier van Prins Madoc (en niet die van Uther) gaat de groep de stad Eburacum en het kasteel van de Centurion Koning in. Aldaar worden zij heel wat beter ontvangen dan Sir Eliot vorig jaar, wat prettig is. In de grote zaal vertelt Prins Madoc aan de Centurion Koning waarom hij naar Eburacum is gekomen. De Koning is geschokt wanneer hij hoort dat Prins Madoc zijn vader wil verlaten en wil nog even goed nadenken over de compli,caties hiervan, voor hij antwoord geeft.
De groep is opgelucht. Nu moeten ze alleen nog goed oplettn en zichzelf in de hand houden bij de verschillende vormen van entertainment die ze deze periode zullen krijgen. Sir Bavo drukt iedereen op het hart om niet te veel te drinken.
Die avond organiseert de Centurion Koning een feestmaal, Prins Madoc zit aan de hoofdtafel en de andere ridders zitten aan een lagere tafel, maar wel erg prominent. Sir Bellias weet zich in te houden met het bier, tot ieders grote opluchting (Temperate check), maar laat zich toch gelden bij de jonge, aantrekkelijke dienstmeisjes. Hij begint zelfs vreselijke dubbelzinnige opmerkingen over mosselen en schorseneren te maken naar de onschuldige meisjes. Hij weet een van de meisjes zover te krijgen dat zij naar zijn kamer komt, wanneer iedereen slaapt.
Na een paar biertjes papt Sir Eliot aan met een vooraanstaande Malahautse ridder, Sir Bob. Deze vertelt Sir Eliot dat de Malahautse ridders niet blij zijn met de alliantie tussen hun koning en de Saksen. Daarvoor hebben ze niet gevochten bij de Slag van Lindsey! Om nu samen met Saksen aan de dis te moeten zitten en daarna broeder - Cymrics over de kling te jagen. Want dat is wat de Saksen van plan zijn. Zeker nu Koning Octa en zijn neef Eosa weer terug zijn bij hun onderdanen!
Ook hoeven zij van de Saksen geen giften te verwachten, met de alliantie zoals die nu is. Dus wat is het voordeel precies, over een paar jaar spreken we allemaal Saksisch, als de Centurion Koning niet uitkijkt.
Het vertrouwen in de koning neemt af onder de oudere ridders van Malahaut.
De volgende dag vraagt Prins Madoc of het mogelijk is zijn resterende manschappen binnen de muren van Eburacum te brengen. De ridders wandelen rond in Eburacum en proberen kijk te krijgen op de manier waarop de Centurion Koning zijn mannen heeft gestationeerd in Eburacum zelf en in de vesting die daarbij hoort. Zijn er zwakke plekken te vinden, waar zij gebruik van kunnen maken, wanneer Koning Uther verschijnt met zijn leger? Zal Uther wel komen?
Sir Caulas wil contact leggen met de Saksen in Eburacum. Het is hem duidelijk dat Malahaut geen partner is van de Saksen maar juist een vazal. Er moet dus een Saksische aanwezigheid in Eburacum zijn om de Centurion Koning in de gaten te houden en verslag uit te brengen aan de Saksen in Deira.
De groep is opgelucht. Nu moeten ze alleen nog goed oplettn en zichzelf in de hand houden bij de verschillende vormen van entertainment die ze deze periode zullen krijgen. Sir Bavo drukt iedereen op het hart om niet te veel te drinken.
Die avond organiseert de Centurion Koning een feestmaal, Prins Madoc zit aan de hoofdtafel en de andere ridders zitten aan een lagere tafel, maar wel erg prominent. Sir Bellias weet zich in te houden met het bier, tot ieders grote opluchting (Temperate check), maar laat zich toch gelden bij de jonge, aantrekkelijke dienstmeisjes. Hij begint zelfs vreselijke dubbelzinnige opmerkingen over mosselen en schorseneren te maken naar de onschuldige meisjes. Hij weet een van de meisjes zover te krijgen dat zij naar zijn kamer komt, wanneer iedereen slaapt.
Na een paar biertjes papt Sir Eliot aan met een vooraanstaande Malahautse ridder, Sir Bob. Deze vertelt Sir Eliot dat de Malahautse ridders niet blij zijn met de alliantie tussen hun koning en de Saksen. Daarvoor hebben ze niet gevochten bij de Slag van Lindsey! Om nu samen met Saksen aan de dis te moeten zitten en daarna broeder - Cymrics over de kling te jagen. Want dat is wat de Saksen van plan zijn. Zeker nu Koning Octa en zijn neef Eosa weer terug zijn bij hun onderdanen!
Ook hoeven zij van de Saksen geen giften te verwachten, met de alliantie zoals die nu is. Dus wat is het voordeel precies, over een paar jaar spreken we allemaal Saksisch, als de Centurion Koning niet uitkijkt.
Het vertrouwen in de koning neemt af onder de oudere ridders van Malahaut.
De volgende dag vraagt Prins Madoc of het mogelijk is zijn resterende manschappen binnen de muren van Eburacum te brengen. De ridders wandelen rond in Eburacum en proberen kijk te krijgen op de manier waarop de Centurion Koning zijn mannen heeft gestationeerd in Eburacum zelf en in de vesting die daarbij hoort. Zijn er zwakke plekken te vinden, waar zij gebruik van kunnen maken, wanneer Koning Uther verschijnt met zijn leger? Zal Uther wel komen?
Sir Caulas wil contact leggen met de Saksen in Eburacum. Het is hem duidelijk dat Malahaut geen partner is van de Saksen maar juist een vazal. Er moet dus een Saksische aanwezigheid in Eburacum zijn om de Centurion Koning in de gaten te houden en verslag uit te brengen aan de Saksen in Deira.
Mei, Eburacum
De banier van Uther is gezien door Malahautse scouts. Hij komt, met zijn leger om strijd te leveren met Malahaut of met Prins Madoc?
Prins Madoc en de Centurion Koning besluiten om de banier van Prins Madoc te hijsen, naast (en lager dan) de banier van de Centurion Koning. De prins geeft adviezen aan de koning, maar vraagt hem om niet deel te hoeven nemen aan de strijd tegen zijn vader. Hij wil in Eburacum blijven, met zijn erewacht van ridders. Ook de Centurion Koning is niet van plan om Eburacum te verlaten en binnen de verdediging van de stad te blijven.
Koning Uther valt gelukkig niet meteen aan. Hij wil eerst onderhandelen met de Centurion Koning en zijn zoon Madoc. De heraut van Koning Uther laat weten dat wanneer de Centurion Koning het tribuut en Prins Madoc laat gaan, hij en Koning Uther geen problemen meer zullen hebben. Dit klinkt erg aantrekkelijk, vooral aangezien er momenteel geen Saksisch leger voor de deur van Eburacum staat.
De Centurion Koning wil nader spreken met Koning Uther. Ze besluiten om elkaar te ontmoeten voor de muren van Eburacum, maar wel binnen schootsafstand van soldaten op de muren van Eburacum. Om Uther ervan te weerhouden smerig trucjes uit te halen.
De Koningen onderhandelen. Uther laat zijn zwaard zien en de Centurion Koning is zo onder de indruk van de magie die dit zwaard omgeeft, dat hij toegeeft (ik vind het allemaal erg freudiaans, maar goed). De Koningen keren terug van hun overleg en de Centurion Koning brengt verslag uit.
De Centurion Koning en Koning Uther gaan een alliantie aan. Geen van beide partijen zal tribuut betalen aan de ander. De dochter van de Centurion Koning, de jonge maagd Gwennith, zal huwen met Prins Madoc. zodat Prins Madoc na verloop van tijd de troon van Malahaut zal erven en erover zal regeren.
Sir Bavo is erg tevreden over deze uitslag. Een burgeroorlog tussen twee Cymrische Koninkrijken is voorkomen, waardoor iedereen zijn energie weer kan richten op de strijd tegen de Saksen. Die na dit slechte nieuws waarschijnlijk hoog zal oplopen. Sir Eliot realiseert zich dat Prins Madoc nu meer gevaar loopt dan ooit. Zijn positie is nog nooit zo aanzienlijk geweest. Hij besluit om voorlopig niet van Madocs zijde te wijken.
De rest van de ridders realiseert zich hoe belangrijk het is om de Saksische ambassadeur ervan te weerhouden om zijn Saksische meesters te informeren over deze razendsnelle ontwikkelingen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten