Maar we hebben wel te maken met Sir Brutus, Sir Marc en Sir Perin natuurlijk. Hoeveel kans heeft Brittannië nu werkelijk?
Pendragon pagina
Geschiedenis van Logres
Aloysius Livius van Broughton (afwezig)
Marc, zoon van Eliot de Wispelturige en Inga met de Grote Vlechten, Dochter van Octa van Kent, Zoon van Hengest van de Saksen.
Brutus Livius van Steeple Langford
Perin van Tisbury
Listeneisse, 526 A. D.
Nadat de ridders Sir Brutus en Sir Marc bij de Grot van de Feeks hun trots op hun heldendaden iets te duidelijk lieten blijken, werden zij door de Feeks van het Pad van Ridderlijkheid gesmeten. Sindsdien dwalen zij door de wouden van Listeneisse en kunnen zij de weg terug niet vinden. Maar dan stuiten zij op een gezelschap van Faerie. Het zijn vijf jongelingen, Brutus herkent hen meteen als zijn halfbroers en zussen Boris, Zenobia, Blossom, Leaf en Puck. Na de dood van zijn moeder in 506 (Brutus was toen 2), huwde zijn vader de Elf Taxus, die een obsessie heeft met de Familie van Steeple Langford. Zij kregen nog vijf kinderen. Maar toen zijn vader in 515 huwde met Guinefach, vertrok Taxus met haar kinderen.
Boris, Zenobia, Blossom, Leaf en Puck zijn erg blij om hun halfbroer weer te zien. Zij hebben elkaar al zeker tien jaar niet gezien. Zenobia en Leaf zijn zelfs erg onder de indruk van zijn stoere vriend, Sir Marc met de imposante snor. Wanneer zij horen dat Brutus en Marc onderweg zijn naar het Kasteel der Vreugde, waarschuwen zij daartegen. In dat kasteel gebeuren maar vreemde dingen. En nu de belegering plaatsvindt, is het helemaal geen leuke plek meer. Maar sir Brutus en Sir Marc laten zich niet tegenhouden. Zij willen naar het Kasteel de Vreugde. De broers en zussen van Sir Brutus geven dan toe en wijzen de weg terug naar het Pad der Ridderlijkheid. Daar komen zij nu uit bij de Steen van de Lafaard.
Steen van de Lafaard
Op een hoge klif staat een wiebelende steen. Het pad naar het Kasteel der Vreugde leidt onder de klif door. Ieder moment kan de steen natuurlijk vallen en reizigers verpletteren. Maar Sir Brutus en Sir Marc zijn nooit bang. Zij wandelen kalm langs het pad.
Sir Brutus en Sir Marc bestuderen de situatie. Het Kasteel de Vreugde is wel heel erg groot, veel groter dan zij ooit hebben gezien. Maar de belegeraars zijn ook met veel en hebben al veel schade aangericht. Maar zij zijn strategisch niet erg goed. Er is ruimte voor twee ridders om snel naar het Kasteel te galopperen en zo binnen te geraken.
Maar dan gaan de zaken al snel mis. Het paard van Sir Marc struikelt wel erg ongelukkig en breekt een been. De vijand begrijpt inmiddels dat het Kasteel der Vreugde medestanders kan verwachten, en dat is natuurlijk niet de bedoeling. Een klein groepje strijders komt naar Sir Marc en Sir Brutus toe. Te paard zal Sir Brutus het veilige kasteel wel bereiken. Maar hij kan zijn vriend Sir Marc niet achterlaten natuurlijk. Sir Brutus hijst Sir Marc op het paard en samen proberen zij te ontkomen. Het dappere paard, beladen met twee gewapende mannen is niet snel genoeg en zij worden ingehaald door de strijders.
Sir Marc stijgt af. Hij wil een heroïsche laatste gevecht leveren, zodat zijn maat Sir Brutus veilig het Kasteel der Vreugde kan bereiken (valorous Succes). Sir Brutus wil hier natuurlijk niets van weten en stapt ook af (valorous critical). Samen treden zij de strijders tegemoet.
De eerste set strijders gaat nog. In de aanblik van zoveel dapperheid, durft de leidende ridder hen niet aan te vallen (passion fumble), maar zijn mannen zijn uit stoerder (of gemener) hout gesneden. Terwijl Sir Marc en Sir Brutus strijden tegen deze lafhartige krijgers en lijken te winnen, komen er meer strijders aangereden! Deze zijn minder onder de indruk van de nobele inborst van de ridders en vallen gewoon aan. Sir Marc en Sir Brutus zien in dat zij het hier niet kunnen winnen. Maar het laatste paard is weggerend en te voet kunnen zij niet ontkomen aan hun belagers.
Uiteindelijk moeten Sir Marc en Sir Brutus het onderspit delven. Sir Marc wordt bewusteloos geslagen en Sir Brutus is tezeer gewond om verder te strijden. Zij worden gevangen genomen door de krijgers en meegesleept naar het kamp van de belegeraars.
Het kamp is gruwelijk. Niet alleen is hier het laagste uitschot van Brittannië verzameld, Sir Brutus ziet ook wezens die niet meer menselijk zijn, reuzen en goblins zijn onder de strijders. Ook ziet hij hoe er wordt omgegaan met gevangen. Er ligt een grote hoop van afhakte hoofden naast een stapel onthoofde lichamen.
In de tent van Hertog Klingsor komt Sir Marc weer bij. Hij en sir Brutus worden ondervraagd over hun plannen. Met zijn doordringende ogen lijkt Hertog Klingsor hun aard volledig te doorzien. Hij ziet in dat hij Sir Marc en Sir Brutus nooit aan zijn zijde zal krijgen. Hij laat hen zonder veel ceremonieel ter dood brengen. Hun lichamen eindigen op de stapel buiten de tent.
(Auw! Twee leuke ridders over de kling gejaagd door de brute Klingsor. In Faerie nog wel. Zal hun familie ooit te weten komen wat er met hen gebeurd is?
Steen van de Lafaard
Op een hoge klif staat een wiebelende steen. Het pad naar het Kasteel der Vreugde leidt onder de klif door. Ieder moment kan de steen natuurlijk vallen en reizigers verpletteren. Maar Sir Brutus en Sir Marc zijn nooit bang. Zij wandelen kalm langs het pad.
Kasteel der Vreugde
Nu Sir Brutus en Sir Marc eindelijk succesvol het Pad der Ridderlijkheid hebben afgelegd, staan zij op een heuvel. Zij kijken naar het westen, waar de zon nu ondergaat. Op een grote, heuvelige vlakte voor hen ligt het Kasteel der Vreugde. Aan de noordkant van het Kasteel ligt een enorm legerkampement. Aan de zuidkant een vlakte waar duidelijk hevig gevochten is.Sir Brutus en Sir Marc bestuderen de situatie. Het Kasteel de Vreugde is wel heel erg groot, veel groter dan zij ooit hebben gezien. Maar de belegeraars zijn ook met veel en hebben al veel schade aangericht. Maar zij zijn strategisch niet erg goed. Er is ruimte voor twee ridders om snel naar het Kasteel te galopperen en zo binnen te geraken.
Sir Marc, zoon van Eliot de Wispelturige en Inga met de Grote Vlechten, dochter van Octa, Cynning van Kent, zoon van Hengest van de Saksen |
Sir Brutus Livius van Steeple Langford |
Maar dan gaan de zaken al snel mis. Het paard van Sir Marc struikelt wel erg ongelukkig en breekt een been. De vijand begrijpt inmiddels dat het Kasteel der Vreugde medestanders kan verwachten, en dat is natuurlijk niet de bedoeling. Een klein groepje strijders komt naar Sir Marc en Sir Brutus toe. Te paard zal Sir Brutus het veilige kasteel wel bereiken. Maar hij kan zijn vriend Sir Marc niet achterlaten natuurlijk. Sir Brutus hijst Sir Marc op het paard en samen proberen zij te ontkomen. Het dappere paard, beladen met twee gewapende mannen is niet snel genoeg en zij worden ingehaald door de strijders.
Sir Marc stijgt af. Hij wil een heroïsche laatste gevecht leveren, zodat zijn maat Sir Brutus veilig het Kasteel der Vreugde kan bereiken (valorous Succes). Sir Brutus wil hier natuurlijk niets van weten en stapt ook af (valorous critical). Samen treden zij de strijders tegemoet.
De eerste set strijders gaat nog. In de aanblik van zoveel dapperheid, durft de leidende ridder hen niet aan te vallen (passion fumble), maar zijn mannen zijn uit stoerder (of gemener) hout gesneden. Terwijl Sir Marc en Sir Brutus strijden tegen deze lafhartige krijgers en lijken te winnen, komen er meer strijders aangereden! Deze zijn minder onder de indruk van de nobele inborst van de ridders en vallen gewoon aan. Sir Marc en Sir Brutus zien in dat zij het hier niet kunnen winnen. Maar het laatste paard is weggerend en te voet kunnen zij niet ontkomen aan hun belagers.
Uiteindelijk moeten Sir Marc en Sir Brutus het onderspit delven. Sir Marc wordt bewusteloos geslagen en Sir Brutus is tezeer gewond om verder te strijden. Zij worden gevangen genomen door de krijgers en meegesleept naar het kamp van de belegeraars.
Hertog Klingsor Kasteel der Sterfelijkheid |
Het kamp is gruwelijk. Niet alleen is hier het laagste uitschot van Brittannië verzameld, Sir Brutus ziet ook wezens die niet meer menselijk zijn, reuzen en goblins zijn onder de strijders. Ook ziet hij hoe er wordt omgegaan met gevangen. Er ligt een grote hoop van afhakte hoofden naast een stapel onthoofde lichamen.
In de tent van Hertog Klingsor komt Sir Marc weer bij. Hij en sir Brutus worden ondervraagd over hun plannen. Met zijn doordringende ogen lijkt Hertog Klingsor hun aard volledig te doorzien. Hij ziet in dat hij Sir Marc en Sir Brutus nooit aan zijn zijde zal krijgen. Hij laat hen zonder veel ceremonieel ter dood brengen. Hun lichamen eindigen op de stapel buiten de tent.
(Auw! Twee leuke ridders over de kling gejaagd door de brute Klingsor. In Faerie nog wel. Zal hun familie ooit te weten komen wat er met hen gebeurd is?
Etroite
Ondertussen is Sir Perin van Tisbury nog steeds op een missie om medestanders te vinden voor Koning Pellam in zijn Kasteel der Vreugde. Bisschop Baudwin had er niet veel zin in, maar zette Sir Perin wel op de goede weg naar Sir Alain le Gros, een familielid van Koning Pellam en iemand die een groot leger op de been kan brengen. De weg leidt eerst naar Etroite, een klein en armzalig land in de Penninisch Gebergte.
Sir Perin van Tisbury |
Sir Lamorak van Norgales |
Onderweg komt Sir Perin een andere ridder tegen. Deze draagt een bekend schild en Sir Perin herkent hem zonder problemen als Sir Lamorak van Norgales. Een van de vele zonen van Koning Pellinore van Nogales en ook familie van Alain le Gros en Koning Pellam. Sir Perin vertelt hem over zijn avonturen en Sir Lamorak zegt meteen toe dat hij mee zal strijden. Bovendien geeft hij Sir Perin betere aanwijzingen. Ook geeft hij Sir Perin nog een opdracht mee. De heer van Etroite heeft een dochter Isabel, Sir Lamorak vraagt aan Sir Perin of het hij een ring aan haar kan geven en haar kan vertellen dat met de Ridder van Zilveren Bijl alles goed is.
Sir Perin neemt afscheid van Sir Lamorak en hij trekt verder. Wanneer hij de ruige Pennines intrekt, is hij blij dat hij met zijn vaardigheden als jager op het juiste pad kan blijven. Al snel komt hij bij een wat armoedige veste aan. Dit blijkt Etroite te zijn en hij wordt welkom geheten door Govier, de heer van deze plek.
Sir Govier is beleefd maar meer ook niet. Wanneer Perin echter de ring laat zien en vertelt over de Ridder van de Zilveren Bijl, vrolijkt dochter Isabel zo op, dat Govier ook helemaal ontdooit. Hij onthult hoe Alain le Gros bereikt kan worden. Hiervoor moet Sir Perin in de avond naar buiten komen.
Sir Perin ziet de bui alweer hangen, maar stemt toe. In de avond voegt hij zich bij Sir Govier. Deze neemt hem mee naar een rivier die tussen de heuvels doorslingert. En vlot nadert en brengt hem verder. Hoe het vlot tegen de stroom in drijft, stelt hij maar niet teveel vragen over.
Wanneer Sir Perin aankomt in het landgoed van Sir Alain le Gros, wordt hij enthousiast ontvangen. Sir Alain hoort het nieuws van Sir Perin aan en maakt zich meteen klaar om zijn manschappen op te roepen om naar het Kasteel der Vreugde op te trekken. Sir Perin kan niet mee, tenzij hij de Wilde Dame zover weet te krijgen dat zij hem de weg laat zien. Maar Sir Perin besluit dat hij genoeg heeft gedaan en niet betrokken wil raken bij vreemde avonturen in Faerie (proud fail).
Tisbury
Wanneer Sir Perin terugkeert in Tisbury is iedereen verbaast en blij om hem te zien. Zij waren bang dat hij dood was. Hij was tenslotte al in geen jaren gezien! Het blijkt dat Sir Perin wel bijna drie jaar is weg gebleven. Het is inmiddels 529. Kennelijk heeft Koning Arthur een groot deel van Europa aan zijn wil onderworpen en Sir Perin maakte daar geen deel van uit.
Winterphase 529 / 530
In zijn afwezigheid heeft de vrouw van Sir Perin, vrouwe Arabella, een zoon gekregen. Zij noemen hem Caulas.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten