Voor de maand juni heb ik een Call of Cthulhu film uit de oude doos gekeken, namelijk The Haunted Palace (1963) van Roger Corman (Battle Beyond the Stars, The Terror). Verder zien we ook nog Vincent Price (The Masque of the Red Death, Witchfinder General) en Debra Paget (Prince Valiant (1954), The Ten Commandments).
De film heet the Haunted Palace, vernoemd naar een gedicht van E. A. Poe, maar is eigenlijk gebaseerd op The Case of Charles Dexter Ward van H. P. Lovecraft. The Case of Charles Dexter Ward is een verhaal uit dat pas na de dood van H. P. Lovecraft werd gepubliceerd, in 1941.
Spoilers
De film opent in 1765 in Arkham, waar Joseph Curwen (Price) en zijn liefje Hester (Merchant) de lokale bevolking terroriseren vanuit het paleis dat boven het dorp uittorent. Wanneer zij met hun vuige magie een onschuldig meiske (Lucht) naar hun paleis lokken om te offeren aan een of ander onduidelijk monster in hun kerker onder het paleis, heeft de lokale bevolking er genoeg van. Zij bestormen het kasteel, sleuren Joseph Curwen naar buiten en verbranden hem levend.
Terwijl Joseph Curwen gruwelijk sterft, vervloekt hij de dorpelingen. Niet alleen zullen al hun nazaten spijt krijgen van hun daden, ook zal hij terugkeren uit de dood!
Meer dan honderd jaar later, in 1875, wordt het paleis geërfd door Charles Ward (weer Price) en zijn vrouw Anne (Paget). Zij trekken naar Arkham en willen daar bezit nemen van het dorp. Maar de lokale dorpelingen (allemaal zeer herkenbare nazaten van de mensen uit 1765) zijn niet vergeten wat er ooit gebeurd is en willen niet dat iemand in het paleis gaat wonen, zeker geen familie van Joseph Curwen.
Charles en Anne zijn wel geïnteresseerd in het kasteel en bezoeken het, al was het maar om te kijken wat er moet gebeuren, voor het in de verkoop kan.
Voor een kasteel dat al meer dan een eeuw verlaten is, is het nog in bijzonder goede staat, dat is allemaal dankzij conciërge Simon (Chaney Jr.), die wel heel blij is dat een nazaat van Curwen weer in het kasteel gaat wonen. Hij overtuigd de Wards ervan om tenminste een nachtje te blijven. Die avond ziet Charles ook een schilderij van zijn voorvader Joseph Curwen en hij is bijzonder getroffen door de gelijkenis tussen hem en zijn voorvader.
De Wards maken kennis met lokale arts Marinus Willett en deze kan hen meer vertellen over de gruwelijke plannen van Joseph Curwen. Deze riep met behulp van de Necronomicon de oude Goden Cthulhu en Yog Sothoth op. Hij wilde deze monsterlijke goden laten paren met mensen, om zo supermensen te creeeren. De lokale bevolking vond dat niets en doodde Curwen. En nu Charles zo op hem lijkt, zijn de nazaten van deze dorpelingen doodsbenauwd dat Charles het werk van Curwen voort zal zetten.
De suffe dorpelingen zaten er niet eens naast. Hoe langer Charles in het paleis verblijft, hoe meer hij onder invloed lijkt te komen van Joseph Curwen. Hij verwaarloost zijn mooie vrouw Anne, hij omringt zich met gelijkgestemden Simon en Jabez, die beiden ook incarnaties lijken te zijn van handlangers van Curwen. Ook probeert hij Curwens vriendin Hester weer tot leven te wekken. Bovendien start hij een wraakcampagne tegen alle nazaten van de mensen die Curwen veroordeelden tot de brandstapel!
Al snel worden de dorpelingen weer net zo boos als meer dan honderd jaar geleden en zij bestormen wederom het paleis. Ondertussen probeerden Charles samen met Simon en Jabez weer hun oude experimenten uit te voeren. En daarbij wilden zij zelfs Anne als proefkonijn gebruiken! Wanneer zij het portret van Curwen vernietigen, lijkt Charles weer controle over zijn lichaam terug te krijgen. Charles wordt gered door Dr. Willett en hij en Anne kunnen veilig Arkham verlaten. Curwen heeft zijn greep op Charles laten gaan. Of lijkt dat maar zo?
Conclusie
Dit is een prima verfilming van het verhaal van H. P. Lovecraft. Er is wat in gesneden om het verhaal wat te verdichten, maar dat werkt wel aardig in de film. Verder is Vincent Price natuurlijk prima als slachtoffer en slechterik tegelijk. En de keuze om acteurs hun eigen nazaten te laten spelen was ook leuk getroffen.
Maar de film had zeker ook zijn mindere kanten. Het is natuurlijk een volstrekt belachelijk idee dat er in een klein dorpje een paleis is gebouwd. In de film is het verhaal dat het steen voor steen door Curwen is overgebracht vanuit Frankrijk. Maar waarom dan? Verder is Curwen ook een beetje ongericht in zijn acties. Wil hij nu verder met zijn experimenten? Zijn dode vriendinnetje tot leven wekken? Of wil hij wraak nemen op de nazaten van zijn moordenaars? Zelf lijkt hij het ook niet te weten.
In ieder geval, een interessante verfilming.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten