In de vorige aflevering is Sir Ignaeus na een aanval van melancholie verdwenen in de buurt van Ilchester, na de slag die daar plaatsvond. Zijn zeer ambitieuze broer heeft toen onmiddellijk zijn vrouw ingepikt (Balinette van Winterford Gunnet) en zijn plaats ingenomen. Maar kan Antonius werkelijk de plek van zijn broer innemen?
Ook Sir Caulas heeft nu de mogelijkheid om Duke van Devon te worden, na zijn succesvolle inname van Exeter en de dapperheid die hij daar tentoon spreidde. Maar wanneer hij daadwerkelijk een Duke is geworden, zal hij geen tijd meer overhebben om op avontuur uit te gaan met zijn collega-Ridders.
Pendragon Pagina
Geschiedenis van Logres
Antonius van Broughton
Benno van Steeple Langford
Brikus van Steeple Langford
Caulas van Tisbury
Eliot de Wispelturige van Burcombe
Gilbert van Berwick St. James
22 april, 501 Anno Domini, Sarum, Salisbury
Het is pasen en een bode komt naar Salisbury. Hij verwittigt Sir Eliot, die de Interim Earl, Sir Ignaeus vervangt, dat Hoge Koning Uther naar Sarum komt, om daar met zijn belangrijkste generaals te overleggen over hoe de nieuwste Saksische invasie in Norwich het hoofd te bieden. Koning Madoc van Malahaut en zoon van Hoge Koning Uther zal ook aanwezig zijn. Vorig jaar heeft Sir Eliot zich hier al op voorbereid, dus hij is klaar om Hoge Koning Uther te ontvangen en is voorbereid op een oorlog.
Ondertussen denkt Sir Caulas van Tisbury ook diep na. Hij wil Hertog van Devon en Exeter worden, nadat hij daar Prins Mark verslagen heeft. Hij wil het graafschap van Devon nalaten aan zijn oudste zoon, Pellogres, die nu 5 is. Zijn andere zoon Perin kan dan zijn landgoederen in Salisbury krijgen, Tisbury, Chitterne, Southcott, Tidcombe en Wilsford. Hij wil zijn zuster Imane, die met Gwenda van Berwick St. James naar Malahaut is vertrokken, terughalen naar Salisbury. Dan kan zij met haar Malahautse man regeren over Tisbury en de andere Salisbury landgoederen, totdat Perin oud genoeg is om dat zelf te doen.
(Op deze manier kan de speler van Caulas Caulas uitfaseren naar Hertogschap in Devon en met een nieuw karakter doorspelen, namelijk de man van Imane. Maar voor vandaag speelt Caulas nog mee).
Ondertussen trouwt Sir Caulas ook met Cygna, vrouwe van Devon. Deze edeldame is opgeduikeld door Sir Benno, toen hij over Exeter heerste, nadat het was ingenomen door Sir Caulas en de zijnen. Zij schijnt een prinses van Devon te zijn, van een of andere obscure, verarmde tak. Met een huwelijk kan Sir Caulas zijn claim op Devon versterken en hij trouwt dan ook graag met haar. Dat zij jong en mooi is, is een bonus.
Cygna van Devon |
10 Juni 501
Met pinksteren komt werkelijk iedereen naar Sarum. Hoge Koning Uther en zijn vrouw en zijn zoon, Koning Madoc van Malahaut, waren natuurlijk aangekondigd.
Ygrainne Hoge Koningin van Brittanniƫ |
Madoc ap Uther Koning van Malahaut |
Uther Pendragon Hoge Koning van Brittanniƫ |
Maar ook Sir Brikus, de natuurlijke zoon van Sir Benno van Steeple Langford komt uit het verre Botley naar Sarum. En Sir Caulas blijft ook in Sarum totdat hij van Hoge Koning Uther bevestiging heeft gekregen dat hij daadwerkelijk mag regeren over Devon en Exeter.
Sir Caulas van Tisbury |
Brikus van Botley |
Sir Gilbert vraagt nog snel aan Sir Eliot, de vervanger van de Interim Earl, Sir Ignaeus, of de lenen waar vrouwe Indeg het vruchtgebruik van had, toegekend kunnen worden aan zijn zoon bij haar, Gerben. Dan houdt hij daar het vruchtgebruik van, tot Gerben volwassen is natuurlijk. Op dit verzoek komt wel wat protest van familieleden van vrouwe Indeg, maar Sir Eliot negeert dat.
Sir Caulas vraagt aan Hoge Koning Uther of hij over Devon en Exeter mag regeren. Hoge Koning Uther staat dat toe. Sir Caulas heeft buitengewone dapperheid betoont bij het innemen van Exeter en het doden van Prins Mark.
Die avond organiseert Sir Eliot een groot feest om alle ridders en hoge gasten te verwelkomen. De lagere ridders zitten buiten in Sarum onder tenten aan eindeloze tafels en banken en genieten van geroosterd schaap en os en drinken meer bier dan ze op kunnen. Binnen, in de grote zaal van het kasteel van Sarum zitten de Hoge Koning, zijn vrouw Ygrainne, Koning Madoc en zijn vrouw Gwennith, Sir Eliot en zijn vrouw Inga, Sir Antonius en zijn vrouw Balinette, Sir Gilbert, Sir Benno en Sir Caulas allemaal aan de hoogste tafel. aan de lagere tafels zitten ook allemaal vooraanstaande ridders.
Na verloop van tijd geeft Sir Benno een peptalk (Orate succes) waarbij hij de ridders en hoge heren aanmoedigt om de Saksen die vorig jaar in Norwich geland zijn aan te vallen en weer de Britse Eilanden uit te schoppen. Deze toespraak slaat aan en de ridders in de zaal slaan al met hun bierpullen op de tafel. Maar ook bij Sir Gilbert is deze toespraak aangekomen (Hate Saxons 18). Hij staat ook op om een toespraak te houden. Deze richt zich vooral op de adder die Salisbury aan haar borst koestert, namelijk Vrouwe Inga een Saksische dochter van Hengest, nicht van Rowena, die Vortigern in de morele afgrond stortte. De strijd tegen de Saksen moet thuis beginnen!
Sir Eliot is woest na de belediging van zijn vrouw. Hij daagt Gilbert onmiddellijk uit voor de strijd. Eigenlijk wil hij hier en nu het gezicht van Gilbert inslaan, maar dat is toch ongepast. Sir Gilbert neemt de uitdaging aan en zegt Sir Eliot om morgen te verschijnen op het trainingsveld. Dan zullen zij met lansen beslissen wie hier gelijk heeft!
Vrouwe Ygrainne probeert de ruzie te sussen. "Heren! Laten wij ons toch beheersen, aan de vooravond van de strijd..."
Maar dan geeft Hoge Koning Uther haar achteloos een klap met de achterkant van zijn hand en snauwt haar toe haar mond te houden wanneer mannen spreken. Sir Gilbert wordt zo mogelijk nog woester wanneer hij dit ziet (Amor Ygrainne van 17). Een doodse stilte slaat neer over de eetzaal. De sfeer is voor de rest van de avond wel bedorven.
Sir Benno probeert te redden wat er te redden valt en laat het volgende stuk entertainment aanrukken, een stel Jumping Jews. De sfeer keert niet terug, ondanks dat ze hun best doen
Sir Caulas en Sir Brikus gaan nog wel de dansvloer op, Sir Benno probeert Morgaine ervan te weerhouden om Uther meteen te vergiftigen. Sir Eliot realiseert zich dat zowel Ygrainne als Gilbert een dieppe passie voor elkaar hebben, hoewel geen van beiden zich dat realiseert van elkaar.
Vrouwe Ygrainne probeert de ruzie te sussen. "Heren! Laten wij ons toch beheersen, aan de vooravond van de strijd..."
Maar dan geeft Hoge Koning Uther haar achteloos een klap met de achterkant van zijn hand en snauwt haar toe haar mond te houden wanneer mannen spreken. Sir Gilbert wordt zo mogelijk nog woester wanneer hij dit ziet (Amor Ygrainne van 17). Een doodse stilte slaat neer over de eetzaal. De sfeer is voor de rest van de avond wel bedorven.
Sir Benno probeert te redden wat er te redden valt en laat het volgende stuk entertainment aanrukken, een stel Jumping Jews. De sfeer keert niet terug, ondanks dat ze hun best doen
Sir Caulas en Sir Brikus gaan nog wel de dansvloer op, Sir Benno probeert Morgaine ervan te weerhouden om Uther meteen te vergiftigen. Sir Eliot realiseert zich dat zowel Ygrainne als Gilbert een dieppe passie voor elkaar hebben, hoewel geen van beiden zich dat realiseert van elkaar.
11 juni 501
Een duel tussen Sir Eliot en Sir Gilbert vindt plaats. De volgende morgen is het trainingsveld afgeladen. Iedereen is komen kijken. De ridders bestijgen met hulp van hun schildknapen hun paarden. Sir Eliot heeft een sjaal van zijn vrouw om zijn lans geknoopt. Sir Gilbert heeft ook een lint om zijn lans (van vrouwe Ygrainne, maar niemand weet dat).
Dan stormen de ridders op elkaar af, Sir Eliot vervuld van zijn liefde voor zijn vrouw (Passion Love Wife 11), Sir Gilbert vervuld van zijn haat voor de Saksen (Passion hate saxons 18). Met een harde stoot werpt Sir Gilbert Sir Eliot uit het zadel. Stil blijft hij op de grond liggen (Lance critical). Sir Antonius rent onmiddellijk het veld op, om Sir Eliot te ondersteunen. Met zijn First Aid Kunsten sleept hij Sir Eliot weg voor de poort van de dood (Whew, Sir Eliot was bijna dood).
Sir Benno probeert onmiddellijk de situatie te kalmeren en houdt een speech over hoe liefde alles overwint. In vroeger tijden streden de Britten tegen de Saksen, maar zoals de Britten Kent hebben heroverd, heeft Sir Eliot het hart van zijn vrouw Inga veroverd, wat heeft geresulteerd in twee prachtige, Britse zonen. Een deel van de ridders kalmeert en pinkt een traantje weg.
Maar ook Sir Gilbert, vervuld van haat tegen de Saksen en de gloed van de overwinning, houdt een speech. Hij zegt dat de stijd hier begint, dit is het moment om de adder die wij al te lang aan onze borst gekoesterd hebben, weg te rukken en te verbranden. Samen met haar onheilige gebroed. Branden zullen ze! Een deel van de ridders wordt woest! Zij trekken hun zwaarden en brullen om het bloed van Inga!
Dan grijpt Uther gelukkig in. Deze onzin heeft al te lang geduurd. Hij trekt zijn zwaard Excalibur, dat trekt de aandacht van alle aanwezige ridders. Hij zegt hen dat zij allen trouw hebben gezworen aan hem en aan het zwaard Excalibur. Er is nu vrede tussen de Britten en de Saksen, tussen Logres en Kent en die vrede wordt gesymboliseerd door het huwelijk van Eliot en Inga. En dit huwelijk is gezegend met twee gezonde zonen, zoals het huwelijk tussen Logres en Kent ook gezegend is met vrede.
De menigte kalmeert na deze wijze woorden.
Sir Eliot zweeft op het randje van de dood. Na de ministraties van Sir Antonius wordt hij naar zijn kamer vervoerd. Daar zal hij waarschijnlijk de rest van het jaar moeten herstellen.
Ondertussen organiseert Sir Gilbert een jacht. Zijn moeder is vorig jaar in het woud aangevallen door een monster (een random family event). Dit kunnen de ridders natuurlijk niet zomaar laten passeren. Sir Gilbert, Sir Caulas, Sir Antonius, Sir Benno en zjin zoon Sir Brikus gaan op jacht. Hoge Koning Uther en Koning Madoc vervelen zich en men hun gevolg nemen zij deel aan de jacht.
Terwijl de ridders onder leiding van Sir Benno en Sir Gilbert door het Morgaine Wood rijden (Hunting), spreekt Koning Madoc met Sir Gilbert. Sinds Gerhardt, de oudere broer van Gilbert ook Madoc redde in de Slag bij Terrabil, heeft Koning Madoc warme gevoelens voor alle leden van de Familie Berwick St. james.
Koning Madoc vraagt aan Sir Gilbert hoe het gaat met zijn kleine half-broer, Arthur. Sir Gilbert vertelt hem dat met Arthur alles goed is. Madoc geeft aan dat hij het jammer vindt dat zijn vader zo weinig oog heeft voor zijn familie. Uther heeft nooit de moeite genomen om met de moeder van Madoc te trouwen. Hij heeft de veiligheid van Logres op het spel gezet om Ygrainne te kunnen stelen van haar man en nu is hij zelfs met Ygrainne niet gelukkig. Gilbert maakt wat nietszeggende geluiden.
Dan komt de groep bij een stroompje dat ze over moeten steken.
Washer at the Ford - Encyclopedia of Legendery Creatures T. McGowen (schrijver) & V. Ambrus (illustraties) |
Een oud vrouwtje wast haar kleren in het water, terwijl de ridders passeren. Sir Benno wil een gesprekje met haar aanknopen. Maar zijn zoon Brikus waarschuwt hem. Brikus is de zoon van een elf en hij herkent het vrouwtje als een andere elf (ze zijn niet allemaal jong en mooi). Dan ziet Benno het ook. De kleren die zij wast zijn bebloede lijkwades. deze vrouw is de fee die bekend staat als de Wasvrouw. wie haar ziet gaat het ongeluk en de dood tegemoet. Sir Benno leeft natuurlijk dag in dag uit met de dood, maar zoekt het ook niet op. Hij groet de vrouw beleefd en passeert haar dan voorzichtig, ervoor zorgend dat zijn paard geen water op haar spat. De andere ridders volgen zijn voorbeeld.
Hoge Koning Uther let nergens op en galloppeert door het water, het vrouwtje helemaal onderspattend. Ze werpt hem een giftige blik na.
Hippogriff |
Dan zien de ridders in de verte dat de bomen terugwijken en een rotspiek zichtbaar wordt. Daar, op een rand aan de rotspiek heeft het monster een nest gemaakt. Het is een onheilige verbintenis van paard en adelaar. Dit monster heeft vrouwe Bene aangevallen en ernstig verwond. Sir Brikus herkent dit beest als een Hippogriff. Sir Brikus wil erop af stormen, maar valt van zijn paar (Hunting fumble). sir Antonius blijft achter om Brikus weer te paard te helpen. Sir Benno en Sir Gilbert gaan vooruit.
De Hippogriff ziet de jagers en komt aanvliegen. Hij vliegt laag over Sir Benno en Sir Gilbert heen, maar toch te ver voor hen om hem te raken met hun speren. Het wordt al snel duidelijk dat de Hippogriff niet zo dom is om de ridders direct aan te vallen en uit de buurt blijft van hun lange speren en lansen. Er zal een list bedacht moeten worden.
De ridders trekken zich terug onder de bomen, zodat de Hippogriff hen niet meer kan zien. Dan bedenken zij een plan om hem te lokken. Zij leggen al hun vlees op een open plek, waar de Hippogriff het kan zien en ruiken. Wanneer hij komt om dat te onder zoeken, kunnen de ridders hem vanuit hun schuilplaatsen aanvallen. Dan is het monster aan de grond en kunnen zij makkelijk aanvallen.
Het plan werkt zoals bedacht. De hippogriff landt en begint van de rantsoenen te eten. De ridders geven Hoge Koning Uther de mogelijkheid om de eerste klap uit te delen aan dit monster. Hij rijdt onverstoorbaar op het beest af, maar overschat zijn kunnen. Het monster verkoopt Uther een enorme trap met de hoeven aan zijn achterbenen (Formaat soepbord, critical hit, double damage). Uther vliegt achterover van zijn paard en blijft stil liggen. De ridders schrikken en vallen aan. Sir Benno is zo diep geschokt door deze gebeurtenis, dat hij in een melancholie verkeert (fail passion loyalty Lord). Maar de andere ridders maken al snel gehakt van het monster.
Wanneer de ridders gaan kijken, zien zij dat Uther dood is. De klap van het monster heeft in een keer zijn nek gebroken en ook zijn gezicht volledig verwoest. De Hoge Koning is niet meer!
De ridders keren terug naar Sarum met het lichaam van Uther en de hippogriff als trofee en bewijs. Hoe moet dat nu met de Saksische invasie in Norwich?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten